donderdag 24 mei 2012

200 Vrienden - 16 mei 2012 - Inzending Cursus

Ik moet het bekennen. Ik heb een Facebookaccount! In deze nieuwe tijden met nieuwe middelen, wilde ik niet achterblijven. Ik ben nog jong, vind ik zelf, ik kan dit. Het is ook gelukt, maar het vervelende van al die nieuwe snufjes is dat ik snel uitgekeken raak. Inmiddels krijg ik commentaar van mijn facebookvrienden dat ik niet vaak online ben en maar weinig mijn “status post.” Mensen weten dan niet meer hoe het met mij gaat en dat vinden ze jammer. Toch fijn te weten dat er mensen zijn die zich van een afstandje zorgen om mij maken.
Momenteel heb ik 200 vrienden op Facebook. Mensen die ik daadwerkelijk ken, van vroeger en nu. In mijn dagelijks leven zie ik van die 200 mensen, er 10 regelmatig. Dus die andere 190 zijn eigenlijk oppervlakkige contacten. Aldus de critici. Zij beweren dat we meer gebaat zijn bij persoonlijke contacten. Ik ben het daar absoluut niet mee eens. Hoe vaak ik niet meemaak dat ik iemand tegenkom van vroeger. Na de 5 minutenbabbel, “Hoe gaat het met jou – Ja, goed en met jou? – Ja, ook goed,” weet ik niet veel meer te melden. Sta je een beetje ongemakkelijk tegenover elkaar. “Ja, dan ga ik maar weer eens. “ Anders wordt het een gesprek over het leven en daar hoef ik niet met iedereen over te praten.
Ik vind die verdeling wel prettig. Een harde kern van belangrijke mensen en daar omheen een grotere groep kennissen. Voorheen sprak ik die bijna nooit en nu via Facebook kunnen we toch af en toe even kort naar elkaar informeren. Dat vind ik leuk, want het is dan niet geheel uit het oog, uit het hart. En de tijd die ik daarmee bespaard heb, kan ik dan besteden aan de belangrijkste mensen in mijn leven.

Solliciteren - 9 mei 2012 - Inzending Cursus

Daar zit ik dan. Op een ietwat ongemakkelijke stoel, bekertje water voor me en ik merk dat mijn handen toch al weer wat klam beginnen te worden. Een sollicitatie gesprek.
Ik heb in mijn leven al heel wat sollicitatiegesprekken gevoerd. Ik ben als leerkracht begonnen, heb in de horeca gewerkt en ben via het callcenter in het management terecht gekomen. Mijn eerste baan was een bijbaan in een schoenenwinkel. Ik ging op gesprek bij de Dolcis en aan het einde van het gesprek bleek het een functie voor de Schoenenreus te zijn. Voor mij geen probleem, maar ik vond het wel een vreemde situatie. Na het afronden van mijn pabo-opleiding ging ik solliciteren als leerkracht. Op een school kwam ik aan voor het gesprek. Er was vooraf niks specifieks aangegeven, maar toen ik in het kamertje plaatsnam zaten er ineens 7 mensen voor me. Ik sla me daar wel doorheen, maar het is toch prettig zoiets van te voren te weten. Ik vind het al spannend genoeg. De laatste tijd heb ik ook last van spookvacatures. Dat zijn geen enge banen, het zijn banen waarvoor wel wordt geadverteerd en niet blijken te bestaan. Erg irritant.
Ik ben 2 jaar werkzaam geweest als manager bij een energieleverancier. Daar mocht ik aan de andere kant van de sollicitatietafel plaatsnemen. Ik nam me meteen voor om zoveel mogelijk te doen om mensen op hun gemak te stellen. Vooraf aangeven met wie je gesprek hebt, hoe lang het duurt en wat de inhoud van het gesprek gaat zijn.
Ik kan heel kritisch zijn op dingen die andere mensen niet goed doen. Het is ook makkelijk spuien vanaf de zijkant. Maar ik ben blij dat ik in deze situatie van anderen heb geleerd. En er mijn voordeel mee heb gedaan.

maandag 7 mei 2012

Hollands glorie - 2 mei 2012 - Inzending cursus


Deze week is het de week van de nationale feestjes: Koninginnedag, Dodenherdenking, Bevrijdingsdag. Je staat er weer even bij stil, dat je in Nederland woont. In deze tijd van het jaar merk ik dat ik meer verknocht aan Nederland ben, dan dat ik de rest van het jaar denk. IK HOU VAN HOLLAND!

Ik droomde tijdens mijn studie over back-packen door Australië, lesgeven op Curaçao  of ontwikkelingswerk doen in Afrika. In ieder geval wilde ik Nederland verruilen voor een ander land. Vooral vanwege het weer en alle bureaucratische regeltjes. Na mijn Pabodiploma te hebben behaald, deed zich de kans voor om les te gaan geven in Diemen. Dat leek me ook al een bijzonder avontuur en een mooie test om te bewijzen dat ik best een tijd zonder familie en vrienden kon. Het werd een avontuur, maar ik was na één jaar blij om weer in de buurt van mijn familie te wonen. Ik had ze gemist. Het feit dat je ineens weet: “Nu kan ik niet zo maar even langs gaan bij mijn ouders,” deed me beseffen dat mijn familie belangrijk is voor me. En ik ga nu niet vaker langs, dan toen ik in Diemen woonde. Maar het kan en dat gevoel is prettig.

Zo’n 4 jaar geleden heb ik 2 lange weken vakantie doorgebracht in Zuid-Spanje. Ik dacht dat ik zo’n mooi-weer liefhebber was, maar ik werd gek van iedere dag die hitte. Geen afwisseling. Ik vind het schijnbaar heel fijn dat ik de dag van te voren geen flauw idee heb wat voor weer het wordt.

Dus sinds een jaar of vier ben ik heel blij om in Nederland te wonen. Ondanks de crisis, het onvoorspelbare weer en de nationale feestjes. Mijn oranjekloffie mag uit de kast, ik ga het vieren.

Leedvermaak - 25 april 2012 - Inzending cursus

Iemand ziet wat interessants gebeuren op straat, maakt er een foto van en stuurt het op naar Metro. Iedere dag plaatst Metro zo’n scoopshot in de krant en de maker verdient er 20 euro mee. Tot vandaag  kon ik daar altijd wel om lachen. Vooral de maffe verkeersborden die in Nederland geplaatst worden, leveren komische plaatjes op.

Vandaag, 25 april, is er een scoopshot geplaatst van iemand die een foto maakte toen zijn buurman bekneld raakte onder een zeven meter hoge boom, die hij aan het omzagen was. Op zich kan ik me daar wel iets bij voorstellen. Je buurman probeert een boom door te zagen en hij heeft niet door welke kant die boom op gaat vallen. Jij wel en ziet het fout gaan. Kan hilarisch zijn als hij zich zonder schram onder die boom vandaan weet te manoeuvreren. Op deze foto zie je echter vier ambulancebroeders bezig zijn met deze persoon. Wellicht is mijn gevoel voor humor achtergebleven, maar “grappig” was niet het woord wat in mij opkwam bij het zien van deze foto. Ik verbaas me dat dit schijnbaar als vermakelijk wordt gezien. En ik vraag me af door wie. De man die deze foto heeft gemaakt, de redactie van Metro, iedereen die s’ ochtends dit blad (al dan niet bewust) van de stapel grist?

En aan de andere kant vraag ik me weer af waarom ik me hier zo druk om maak. Ik heb niet de illusie dat mijn column de wereld gaat veranderen. Ik maak  niet voor eens en altijd het verschil tussen humor en ernst duidelijk. En misschien wilde de maker van deze scoopshot juist dezelfde boodschap duidelijk maken. En ach, als dat niet lukt, je krijgt in ieder geval euro’s op je rekening gestort.